Hoofdstuk 4: De zes gelukstyperingen

In de grafiek hieronder is de getalsmatige benadering uit hoofdstuk 3  samengevat. Horizontaal, van links naar rechts staat het subjectieve geluk, uitgedrukt in een cijfer van -5 tot +5. Verticaal, van onder naar boven is het objectieve geluk, uitgedrukt in een cijfer van 0 tot 10. Uiterst rechtsboven staat derhalve de ultieme geluksvogel die niet alleen alles heeft wat zijn hartje begeert, maar dit ook nog eens zo ervaart. Uiterst linksonder staat de ongelukkige die niets heeft en dat ook zo voelt.

De streep die diagonaal loopt kan worden beschouwd als de lijn die aangeeft hoe gelukkig een mens zich zou moeten voelen gegeven de hoeveelheid objectief geluk. Linksboven de lijn zitten de pessimisten en weinig energieke mensen die zeggen zich minder gelukkig te voelen dan ze eigenlijk zouden moeten zijn, aan de rechterkant zitten de optimistische, energieke en gerijpte mensen die meer geluk halen uit het leven dan ze eigenlijk objectief hebben.

In de onderste helft van de grafiek zitten de objectief ongelukkigen; de mensen die in het eerste hoofdstuk een vijf of lager hebben gescoord. In het kwadrant rechtsonder vinden we de mensen die desondanks zeggen dat ze voldoende energie, ervaring en evenwicht hebben om zich toch redelijk gelukkig te voelen. Ze hebben meer dan een 0 gescoord op de subjectieve factoren. Ook als ze niet zoveel geluk hebben in het leven, beschikken deze mensen wel over de energie en ervaring om zich gelukkig te voelen en iets aan het objectieve ongeluk te doen.

Dit type mens noemen we de strijder.

In het kwadrant linksonder zitten mensen die maar weinig geluk hebben en zich ook niet gelukkig voelen. Hierbij zijn twee typen mensen te onderscheiden. Mensen die links van de diagonale lijn zitten voelen zich nog minder gelukkig dan hoe ze zich op basis van dat beetje objectieve geluk eigenlijk hadden moeten voelen. Door hun zelfbeklag investeren ze niet in het beetje geluk wat ze nog hebben en komen dan vaak in een neerwaartse spiraal terecht.

Dit type mens noemen we de schlemiel.

Mensen die rechts van de schuine lijn zitten, zijn de mensen die aangeven objectief niet veel geluk te hebben, ook subjectief negatief scoren, maar niet zoveel als je op basis van hun objectieve geluk zou mogen verwachten. In andere woorden, gegeven hun situatie zijn ze ook gevoelsmatig niet gelukkig, maar zijn wel positiever ingesteld dan verwacht mag worden. Ze voelen zich dus iets minder ongelukkig dan ze eigenlijk zouden moeten zijn. 

Voor dit type is nog hoop en noemen we de worstelaar.

En dan de mensen die in de bovenste helft van de grafiek zitten en boven de vijf uitkomen, Zij zouden dus matig tot zeer gelukkig moeten zijn. Ook hier zijn weer drie types te onderscheiden.

De tijdelijke geluksvogel is iemand die eigenlijk best gelukkig zou kunnen zijn, want objectief is het allemaal zo slecht nog niet. Maar het is een echte klager met weinig energie die snel uit zijn evenwicht is gebracht. Het kan iemand zijn die alles heeft wat zijn hart begeert, maar geen fut heeft om er van te genieten. In de grafiek is dit type in de linkerbovenhoek terug te vinden.

In het kwadrant rechtsboven staan de echte geluksvogels. Ze hebben objectief niet te klagen en voelen zich ook niet slecht. Toch zouden met name de geluksvogels links van de lijn zich nog best wat beter mogen voelen. Het gaat ze niet slecht, maar ze doen er ook weer niet zo heel veel aan om het beter te maken. Daarom noemen we dit type het luie zondagskind.

Tenslotte is er nog de energieke geluksvogel. Dit type is gelukkig en doet er alles aan om dat zo te houden. Ze zijn relatief energiek, ervaren en evenwichtig. Maar als ze doorschieten kunnen het ook Ratelbands worden.

In het vorige hoofdstuk werd al iets over de toekomst gezegd. Als het totale geluk onder invloed van het gevoel minder is dan het objectief zou moeten zijn, zag de toekomst er somber (ofwel getalsmatig negatief) uit. Als het totale geluk onder invloed van het gevoel groter is dan het objectief zou moeten zijn, was de toekomst glansrijk (ofwel getalsmatig positief).

Grafisch kunnen we dit nog wat verfijnder weergeven.

Alle pijlen rechts van de diagonaal staan schuin naar boven gericht. Dat betekent dat de toekomst voor deze mensen een hoger objectief geluk met zich mee kan brengen. Door hun relatief grote energie, mensgerichtheid, evenwichtigheid en ervaring zullen ze onder andere meer rijkdom, sociale contacten en gezondheid kunnen verwerven. Dat zal er weer toe leiden dat ze zich nog gelukkiger kunnen gaan voelen en dat ook de subjectieve score mee stijgt. Vandaar dat de pijl schuin omhoog wijst. Het is een soort vicieuze cirkel naar boven.

De worstelaar zal zich gaandeweg naar het gevoelsmatige nulpunt bewegen en een strijder worden. De strijder zal uiteindelijk ook objectief gelukkig worden en in de bovenste helft van de grafiek terechtkomen. En uiteindelijk kan iedereen uit deze twee groepen een energieke geluksvogel worden. Tot de beurs of de partner crasht, dan begint allemaal weer van voor af aan.

Hetzelfde geldt de andere kant op als we links van de diagonaal kijken. Alle pijlen staan schuin naar beneden gericht. De toekomst brengt voor deze mensen alleen maar meer ellende en nog minder objectief geluk. Door hun lusteloosheid, isolationisme, grilligheid en naïviteit zullen ze verarmen, vereenzamen en verpieteren. Dat leidt er weer toe dat ze zich nog ongelukkiger gaan voelen en in een draaikolk naar beneden worden gezogen. Het luie zondagskind verwordt in luttele tijd tot een schlemiel. Natuurlijk weer tot de hoofdprijs in de loterij wordt gewonnen of de buurvrouw op de stoep staat met het lege kopje.

Toch geeft ook deze grafiek geen uitsluitsel over de toekomst. Veel mensen bewegen zich rond de diagonaal en zullen dan weer eens naar boven en dan weer eens naar onder worden meegezogen. Objectieve geluksfactoren kunnen schoksgewijs veranderen door het winnen van prijzen en het ontmoeten van andere mensen. Subjectief hebben we onze periodieke schommelingen in energie en evenwicht. In de grafiek is mijn score van de afgelopen 5 jaar te zien.

Toch zijn we niet helemaal afhankelijk van de stromingen in ons leven en hoeven we niet willekeurig naar boven of onder te stromen. Je kunt je mee laten dobberen in de rivier van het leven, maar er ook zelf iets aan gaan doen. 

In de volgende twee hoofdstukken gaan we nader in op het investeren in objectieve en beinvloeden van subjectieve factoren.

Inleiding
Hoofdstuk 1: het objectieve geluk
Hoofdstuk 2: het subjectieve geluk
Hoofdstuk 3: combineren van objectief en subjectief geluk
Hoofdstuk 4: De zes gelukstyperingen
=>Hoofdstuk 5: Beïnvloeden van subjectief geluk
Hoofdstuk 6: Het investeren in objectieve geluksbepalende factoren
Interactieve vragenlijst